Wettelijke verdeling of testament
Dat kinderen moeten wachten op hun erfdeel geldt bijvoorbeeld bij de wettelijke verdeling van een nalatenschap. Hierbij krijgen de kinderen een geldvordering ter grootte van hun kindsdeel. Deze geldvordering is pas opeisbaar als ook de langstlevende ouder overlijdt. Ook veel testamenten kennen een regeling waarbij het kindsdeel bij het overlijden van de eerste ouder niet direct opeisbaar is. Onder het oude erfrecht was met name de ouderlijke boedelverdeling in dit verband populair. De kinderen zitten in de spreekwoordelijke wachtkamer. Dat ‘wachten’ kan voor lange tijd zijn, waardoor niet meer altijd wordt gedacht aan het kindsdeel op het moment dat ook de langstlevende ouder overlijdt.
Kindsdeel vergeten
Het vergeten van kindsdelen is vaak niet problematisch, als alleen de kinderen erfgenamen zijn van de langstlevende ouder en als de verhoudingen goed zijn. De kinderen delen dan doorgaans feitelijk de nalatenschap die de langstlevende ‘over’ laat. Soms verloopt dit minder soepel, bijvoorbeeld als de langstlevende een nieuwe partner heeft gekregen, of als iemand anders tot mede-erfgenaam is benoemd.
Verjaring kindsdeel
In een kwestie waarover de rechtbank Noord-Nederland op 3 augustus 2016 oordeelde, overleed de moeder in 1993. Zij had een langstlevende testament met een ouderlijke boedelverdeling. Op grond hiervan kreeg haar dochter een vordering op haar vader, ter grootte van haar kindsdeel. In het testament was bepaald dat het kindsdeel onder andere opeisbaar werd als vader ging samenwonen. Vader ging in 1994 samenwonen met zijn nieuwe vriendin en overleed in 2014. De dochter maakte na het overlijden van haar vader aanspraak op haar kindsdeel jegens zijn nieuwe partner. De nieuwe partner deed een beroep op verjaring. De rechtbank honoreerde dit beroep, omdat inmiddels meer dan 20 jaren waren verstreken, sinds het opeisbaar worden van het kindsdeel. De verjaringstermijn begint namelijk te lopen vanaf het moment dat de dochter betaling van haar kindsdeel had kunnen opeisen en dat was vanaf het moment dat vader was gaan samenwonen. De dochter had dit kunnen voorkomen door de verjaringstermijn schriftelijk te stuiten.
Persoonlijke aansprakelijkheid bij tekort
Er bestaat nog een ander risico met betrekking tot de kindsdelen, dat wij in de praktijk regelmatig tegenkomen. Het kindsdeel is per saldo een vordering van een kind op de langstlevende ouder. Als de langstlevende overlijdt, moeten zijn erfgenamen voor betaling van het kindsdeel zorgen. Het kindsdeel wordt met andere woorden – na het overlijden van de langstlevende – een schuld van zijn of haar nalatenschap. Als de nalatenschap van de langstlevende negatief is, kan dit voor problemen zorgen voor de erfgenamen van de langstlevende. Stel, een gezin bestaande uit vader, moeder en twee kinderen (broer en zus). Vader overlijdt als eerste. Moeder en de beide kinderen zijn erfgenaam. Het kindsdeel is pas opeisbaar bij overlijden van moeder. Na het overlijden van vader raken moeder en dochter gebrouilleerd. Moeder onterft haar dochter. De zoon wordt enig erfgenaam en aanvaardt de erfenis van moeder zuiver. Als de erfenis van moeder ontoereikend is om het kindsdeel van de dochter te voldoen, kan de dochter voor haar kindsdeel verhaal halen bij haar broer, in beginsel op zijn privévermogen! Het kan daarbij om forse bedragen gaan, omdat over het kindsdeel meestal rente verschuldigd is. Dit zou er toe kunnen leiden dat de zus die onterfd is per saldo beter af is dan haar broer. Het is de vraag of de broer bij ontdekking van deze feiten nog een beroep kan doen op het per 1 september 2016 ingevoerde artikel 4:194a lid 1 BW. Dit artikel bepaalt dat een erfgenaam die na zuivere aanvaarding bekend wordt met een onverwachte schuld binnen 3 maanden daarna een machtiging kan vragen aan de kantonrechter om de erfenis alsnog beneficiair te mogen aanvaarden. Maar is het kindsdeel in dit geval een onverwachte schuld? De broer had een zelfde kindsdeel en daarom zou gesteld kunnen worden dat hij van het bestaan van het kindsdeel op de hoogte had moeten zijn.
Reconstructie kindsdeel
Het is niet altijd eenvoudig om bij het overlijden van de langstlevende de omvang van het kindsdeel uit de erfenis van de eerst overleden ouder vast te stellen. De hoogte van het kindsdeel wordt bij het eerste overlijden niet altijd schriftelijk vastgelegd. Oude administratie, financiële stukken etc. kunnen dan behulpzaam zijn bij het reconstrueren van het kindsdeel. Ook de aangifte successierechten van de eerst overleden ouder vormt een bron van informatie. De erfgenamen zijn voor de vaststelling van hun kindsdelen onderling echter niet gebonden aan de waardering voor de successierechten, zo bleek uit een recent arrest van de Hoge Raad van 30 september 2016. Men moet er bovendien op bedacht zijn dat in fiscale zin soms andere waarderingsmaatstaven gelden dan de waarde in het economische verkeer.
Vergeet het kindsdeel niet
Bij het overlijden van een langstlevende ouder is het belangrijk na te gaan of er nog sprake is van een kindsdeel uit de erfenis van de eerst overleden ouder. Dit kan een belangrijke invloed hebben op de afwikkeling van de erfenis van de langstlevende. Ook al voor het overlijden van de langstlevende moet de verjaringstermijn tijdig worden gestuit.
Wij staan voor u klaar
Wilt u meer weten over dit onderwerp? Neemt u dan contact op met onze advocaten. Bel +31 88 30 40 000 of mail naar [email protected].